Motorolie en oliefilter vervangen Starten van een auto met lege accu Laadstroom- en spanning controleren Thermostaat controleren en vervangen Ruitenwissers vervangen en/of afstellen Dit is een greep van de doe-het-zelf artikelen van deze rubriek. Hiermee wordt u een eind op weg geholpen om zelf onderhoud te plegen aan uw auto en zo wat kosten te besparen. Auto rijden in Nederland is toch al kostbaar genoeg!
- Motorolie en -filter vervangen Een regelmatige oliebeurt is vereist voor een lange levensduur van elke motor. Gebruik altijd motor olie met de specificaties van de fabrikant. Deze specificaties zijn te vinden in de gebruikershandleiding van de wagen of anders in een werkplaatshandboek van het betreffende model. Benodigd gereedschap bak om de afgewerkte olie in op te vangen sleutel voor de aftapplug oliefiltersleutel Benodigde onderdelen en materialen vereiste hoeveelheid olie volgens specificaties van de fabrikant oliefilter koperen- of bronzen ring (maat van de aftapplug), óf een rubberen ring (bijv. bij modernere Opels) een niet-pluizende poetsdoek Voorbereiding Zorg ervoor dat de motor op temperatuur is. De olie is dan dun en kan daardoor beter worden afgetapt. Werkzaamheden Open de motorkap en zet de olievuldop op de sluiting van de motorkap; de kans dat je nu vergeet olie in de motor te doen, is erg klein. Plaats een opvangbak onder de aftapplug van het carter. Verwijder de aftapplug met een passende sleutel en laat de olie in de opvangbak stromen. Let op! De olie kan flink heet zijn als de motor goed op temperatuur is. De auto moet tijdens het aftappen nagenoeg horizontaal staan; staat de auto te schuin dan is het mogelijk dat niet alle olie weg stroomt. Neem ten minste 5 minuten de tijd om de olie goed af te laten vloeien. Als je het oliefilter niet vervangt, kunt je verder gaan met punt 10. Een auto heeft doorgaans 2 soorten (motor-) oliefilters: een filter met geïntegreerde, vaak blikken behuizing (afb. 1) of een inzetfilter waarbij de behuizing onderdeel is van het motorblok (afb. 2). geintegreerd oliefilter en locatie op de motor Afbeelding 1. standaard oliefilter inzetoliefilter en locatie op de motor Afbeelding 2. inzetoliefilter Verwijder het oliefilter. Om een geïntegreerd filter los te krijgen, moet je het in zijn geheel linksom draaien. Bij een inzetfilter moet je het deksel met een ringsleutel lossen, daarna is het normalerwijze met de hand verder te draaien. Let op! Zodra het filter los komt, zal er olie uit stromen. Zorg ervoor dat ook deze olie in de opvangbak terecht komt. Het geïntegreerde filter (afb. 1) zit meestal te vast om het met handkracht alleen los te krijgen. Hiervoor is een speciaal stuk gereedschap in de handel dat om het filter klemt, de oliefiltersleutel; afbeelding 3 laat een voorbeeld zien van enkele oliefiltersleutels. Enkele typen oliefiltersleutels Afbeelding 3. Enkele typen oliefiltersleutels Maak het afsluitvlak van het geïntegreerde filter, of bij het inzetfilter van het deksel op het motorblok, schoon met een niet-pluizende doek. Smeer bij een geïntegreerd filter een beetje motorolie op het afsluitvlak op het motorblok en op de rubberring van het nieuwe oliefilter; hierdoor zal het filter beter afsluiten. Let op! Bij een inzetfilter komt er gemakkelijk vuil in de behuizing van het filter terecht. Maak het binnenste van de behuizing goed schoon voordat je verder gaat. Monteer het nieuwe oliefilter. Bij het standaard oliefilter: Draai het geïntegreerde filter stevig aan met handkracht. Voor het vastzetten mag je hiervoor het gereedschap niet gebruiken. Bij het inzetfilter: Vervang de rubber ring van het deksel en smeer die licht met schone motorolie in. Draai het deksel van het inzetfilter wél aan met een sleutel maar doe dit vooral niet te vast; de behuizing en deksel zijn vaak van aluminium en/of plastic gemaakt en beschadigen gemakkelijk! Maak vervolgens de omgeving van het oliefilter vrij van olieresten. Dit is nodig om straks eventuele lekkage vast te kunnen stellen. Controleer of de bronzen/koperen ring van de aftapplug nog heel is; zo niet, vervang hem dan (soms is vervanging voorgeschreven). Indien de aftapplug met een rubberen ring is uitgevoerd, vervang deze dan altijd (advies van de fabrikant van de auto). Draai de aftapplug, na hem met een doek te hebben schoongemaakt, weer in het carter. Is de aftapplug magnetisch, dan vooral de slijtagedeeltjes goed verwijderen. Zet hem stevig vast met de sleutel. Doe de vereiste hoeveelheid olie via de olievulopening in de motor. Controleer na een aantal minuten met de oliepeilstok of er voldoende olie in het carter zit. Als het oliefilter is vervangen, zal de oliestand iets boven het maximum staan, omdat het oliefilter nog moet worden volgepompt. Schroef de olievuldop op de vulopening. Laat de motor ongeveer 5 minuten draaien. Controleer hierna of het in de directe omgeving van het filter nog droog is. Is het nat geworden dan lekt het filter. Het filter dan steviger aandraaien. Controleer ook of de aftapplug van het carter lekt. Is dit het geval dan moet zeker de bronzen/koperen/rubberen ring worden vervangen. Te vast draaien kan het schroefdraad beschadigen. Zoek een goede plaats voor de afgewerkte olie. Dit is beslist niet de riolering of ergens in de grond. Meestal kunt je de afgewerkte olie tegenwoordig inleveren bij het bedrijf waar je de nieuwe olie koopt. N.B.: Over de kleur van afgewerkte olie valt weinig te vertellen, op een uitzondering na: als een olie een duidelijk grijze kleur heeft, dan wordt dit zeer zeker veroorzaakt door water dat vermengd is met de olie. De kans is dan groot dat dit uit het koelsysteem komt en dit wijst op lekkage. Het is dan aan te raden de oorzaak zo snel mogelijk op te (laten) sporen.
- Starten auto met lege accu Als je, of iemand anders, met een lege accu staat dan is het krijgen of geven van starthulp met behulp van startkabels de meest gebruikte methode om de auto met lege accu weer snel gestart te krijgen. Benodigd gereedschap hulpstartkabels Werkzaamheden Goede startkabels voorkomen een hoop ellendeVoor je begint moet je eerst op het volgende letten: de accuspanning moet van beide voertuigen gelijk zijn, dus allebei bijvoorbeeld 12 volt; de accu van het 'gevende' voertuig moet goed geladen zijn, omdat deze anders wordt leeggestart en zeker als de motor van de auto met lege accu wat zwaarder is zal de goede accu deze niet kunnen laten ronddraaien; rol/rij de auto's met de neus naar elkaar toe en zet de motoren uit; de aansluiting van de startkabels moet op de juiste manier plaatsvinden; aan dit punt gaan we hierna extra aandacht besteden. Zorg ervoor dat de pluspolen (+) van de accu's en de minpolen (-) op de volgende manier met elkaar worden verbonden: De pluspool van een accu Afbeelding 2. De pluspool van een accu. kijk eerst goed naar wat van elke accu de pluspool (+) en de minpool (-) is; blaas over de bovenkant van beide accu's om het eventueel aanwezig knalgas te verwijderen; zet een klem van de rode kabel op de pluspool (+) van de lege accu; zet de andere klem van de rode kabel op de pluspool (+) van de volle accu; zet een klem van de zwarte kabel op de minpool (-) van de volle accu; Afbeelding 3. Klem de rode kabel aan de pluspool. Afbeelding 3. Klem de rode kabel aan de pluspool. start de motor van de auto met de goede accu; zet de andere klem van de zwarte kabel op de minpool (-) van de lege accu. Afbeelding 4. Klem de zwarte kabel aan de minpool. Afbeelding 4. Klem de zwarte kabel aan de minpool. Laat de motor een paar minuten lopen. De lege accu wordt nu weer een beetje opgeladen. Start dan de motor van de auto met lege accu. Als de motor is aangeslagen, laat deze dan draaien, terwijl de startkabels op de volgende manier worden verwijderd: maak de zwarte kabel eerst los van de lege accu en daarna van de volle accu; maak de rode kabel eerst los van de lege accu en daarna van de volle accu.